wakker in woordenboek Nederlands

wakker

Betekenissen en definities van "wakker"

Niet in slaap.
Volledig wakker.
In staat iemands zintuiglijke en geestelijke vermogens te gebruiken om de omgeving en de huidige stand van zaken te bevatten.

(Adjective) Declension of wakker

		positive	comparative	attributive	predicative/adverbial
		positive	comparative	superlative
predicative/adverbial		wakker	wakkerder
neutersingular	indefinite	wakker	wakkerder
neutersingular	definite	wakkere	wakkerdere	wakkerste	het wakkerst(e)
common singular		wakkere	wakkerdere	wakkerste	de wakkerste
plural		wakkere	wakkerdere	wakkerste	de wakkerste
partitive		wakkers	wakkerders

wakker (comparative wakkerder, superlative wakkerst) ;;

Verbuiging Verbuig

We moeten haar nu wakker maken.

Hij probeerde me een paar keer wakker te krijgen en gaf het toen maar op.

Ze droeg de varkens in haar handpalmen met zich mee, de hele tijd, ‘s morgens werd ze met hen in haar handen wakker.

Op dat moment merkte hij dat hij uit een nachtmerrie was wakker geschrokken, want de telefoon ging over.

Jullie hebben me wakker gemaakt om de romp van een os of de ruggengraat van een varken te bergen.’

Hij had niet meer onthutst kunnen zijn als hij wakker was geworden en een handgranaat op zijn schoot had zien liggen.

‘Vannacht moet u alert zijn... Als u mij toestaat, zal ik zorgen dat u wakker blijft.

Als we optrekken, wordt Vlo met een ruk wakker, kijkt op haar horloge en pakt de kaart.

kalmerend drankje, tegen de ochtend tot rust gekomen, om negen uur wakker, een voeding gehad ...

Ik bleef in de grot tot Gebroken Tand wakker werd.

Toch lagen we wakker in het donker, Edmund en ik.

Zij zullen er misschien zelfs toe bewogen worden er iets aan te doen om hun „eerste liefde” weer aan te wakkeren.

Romeinse bandieten De volgende dag werd Franz als eerste wakker.

Liz murmelt: 'Slaap ik of ben ik wakker?'

Lucile was wakker geworden door het geschreeuw.

U moet zoo vriendelijk zijn de anderen niet wakker te maken, want ik wou u graag alleen spreken.”

Het is net hetzelfde als dat je wakker bent.

‘Het is tijd om hem wakker te maken.

Hij vroeg zich af of er zelfs in de grote Oorlog tot zo lang mensen wakker waren geweest.

Als wij morgen zouden stoppen met praten met hen...’ ‘Maak me wakker als hij iets interessants zegt,’ zei Gary.

Op een dag werd ik ' s morgens wakker en had ze me haar ring achtergelaten.En een briefje

De blijdschap die hij had gevoeld toen hij wakker werd, was verdwenen.

Maar als ze wel wakker wordt, zal ze dan in orde zijn?

Dit moet zo’n klote nachtmerrie zijn en ik word straks wakker.

Probeer je de hele stad wakker te maken?’