exerceren in woordenboek Nederlands

  • exerceren

    Betekenissen en definities van "exerceren"

    Grammatica en verbuiging van exerceren

    • exerceren (weak in -d)
    • (Verb) Conjugation of exerceren
      infinitive exerceren
      present tense past tense
      1st person singular exerceer exerceerde
      2nd person singular exerceert exerceerde
      3rd person singular exerceert exerceerde
      plural exerceren exerceerden
      subjunctive sing.1 exercere exerceerde
      subjunctive plur.1 exerceren exerceerden
      imperative sing. exerceer
      imperative plur.1 exerceert
      participles exercerend (hebben) geëxcerceerd
      1) Archaic.
    • Inflection of exerceren (weak)
      infinitive exerceren
      past singular exerceerde
      past participle geëxerceerd
      infinitive exerceren
      gerund exerceren n
      verbal noun
      present tense past tense
      1st person singular exerceer exerceerde
      2nd person sing. (jij) exerceert exerceerde
      2nd person sing. (u) exerceert exerceerde
      2nd person sing. (gij) exerceert exerceerde
      3rd person singular exerceert exerceerde
      plural exerceren exerceerden
      subjunctive sing.1 exercere exerceerde
      subjunctive plur.1 exerceren exerceerden
      imperative sing. exerceer
      imperative plur.1 exerceert
      participles exercerend geëxerceerd
      1) Archaic.

Voorbeeldzinnen met " exerceren "

Na het exerceren kwamen volgens het dienstrooster van kwart over tien tot twaalf uur de geschutsoefeningen.
Kun je ze niet laten exerceren, of zo?
Buiten op de binnenplaats zie ik Rike, een kolossale figuur die uittorent boven de soldaten die hij laat exerceren.
Door het vele exerceren leek het zo makkelijk.
Elke ochtend rukten de compagnieën uit om een paar uur lang stevig te exerceren op de verlaten akkers rond het stadje.
Lusana keek nadenkend door het raam naar een troep mannen, die buiten aan het exerceren waren.
Een detachement exercerende soldaten maakte halt voor de vlaggenmast.
11 – Het Belgische recht definieert de dwangsom als een „condamnation au paiement d’une somme d’argent, prononcée à titre accessoire par le juge, pour exercer une pression sur le débiteur de manière que ce dernier exécute la condamnation mise à sa charge” [„veroordeling tot betaling van een geldsom, die als aanvulling wordt opgelegd door de rechter teneinde druk uit te oefenen op de schuldenaar zodat deze de hem opgelegde veroordeling ten uitvoer legt”].
Exerceren mag volstrekt geen waarde hebben voor een veldslag, maar het is wel van belang voor de karaktervorming'.
Exerceren, lessen, appèl, besprekingen en inspecties vulden een groot deel van de dag.
‘Dus daarom moeten we nu exerceren en moet de whiskey op rantsoen?’
Het exerceren die ochtend was hem helemaal niet goed bevallen.
Elke ochtend trokken we naar het grote veld bij het later beroemd geworden dorp Fontaine om te exerceren.
Van orangistische zijde werden de patriotten als exercerende winkeliers of landverraders afgeschilderd, vanwege hun heulen met Frankrijk.
Veronderstel dat ik de uren die ik nu besteed had om mijn golfsticks te leren hanteren had gebruikt om te exerceren.
We exerceren nooit of zo...’ Hij sloeg zijn hand voor zijn mond.
Gewiegd door de branding viel hij in slaap, en de volgende dag ging hij verder met exerceren.
Ze zonden me niet op wacht, lieten me niet exerceeren.
'Maar u hebt om tien uur een afspraak met de belastingontvangers en daarna moet u met uw lijfwacht exerceren.
Het is tijd om mijn keuzevrijheid te gaan exerceren waarover ik altijd zo hoog opgeef.
Op verschillende gedeelten van het veld waren vier afzonderlijke groepen aan het exerceren.
De reden dat alle militairen, van wat voor dienstvak of defensieonderdeel dan ook, moeten leren exerceren is dat dit als dril-methode dienstdoet.

Beschikbare vertalingen