blakend in woordenboek Nederlands

  • blakend

    Betekenissen en definities van "blakend"

    Grammatica en verbuiging van blakend

    • Inflection of blakend
      uninflected blakend
      inflected blakende
      comparative
      positive
      predicative/adverbial blakend
      blakende
      indefinite m./f. sing. blakende
      n. sing. blakend
      plural blakende
      definite blakende
      partitive blakends

Voorbeeldzinnen met " blakend "

'Onze dinosaurus verkeert nog steeds in blakende gezondheid.'
Gelukkig zag mijn bankrekening er blakend uit en kon ik me best een vakantie van twee maanden veroorloven.
Bea Lorman in blakende gezondheid.’
Ze verkeren in blakende gezondheid.
Ze keek naar de van zelfvertrouwen blakende manier waarop hij de honkbalknuppel vasthield.
Naoko maakte een blakende indruk en zowel haar moeder als ik had op dat moment niets in de gaten.
Ze straalde blijdschap en blakende gezondheid uit.
Maar Yoska zag er blakend uit en volgens mij glimlachte hij, althans met zijn mond.
En naast hem stapte deze vrouw, blakend van verwachting.
'Zijn koninklijke grootmama is tweeënzestig en verkeert in blakende welstand.
Blakend van zelfvertrouwen waren ze te dichtbij gekomen.
Zijn van energie blakende Zoon, de getrouwe en waarachtige Getuige, Christus Jezus, zegt: „Omdat gij lauw zijt en noch heet noch koud, zal ik u uit mijn mond spuwen.” — Openb.
Hij probeerde zich te herinneren hoe Sérieuse was als kind: niet mooi, maar blakend van levenslust.
Vanmorgen verkeerden ze nog in blakende gezondheid.
Ze is zes of zeven maanden zwanger, ze is kogelrond en toch ziet ze er blakend uit.
De boom stak in blakende gezondheid en met een ongelooflijke geestdrift af tegen de lucht.
Krachtig en blakend kwamen we in Batavia aan.
De Viking was een kundig krijger, gehard in de strijd en blakend van zelfvertrouwen.
Aan het einde van de duizend jaar, nadat de menigten der mensheid die zijn opgeheven, hun laatste beproeving hebben ondergaan waardoor wordt bepaald of zij de gave van een eindeloze levensduur waardig zijn, zal de in blakende welstand verkerende mensheid, die dan heilig, volmaakt en waarlijk loyaal zal zijn, in het paradijs staan aan de oever van de toekomende eeuwen.
Ja, de missie was een hele kluif en nee, hij verkeerde in allesbehalve blakende conditie.
De ogen achter de bril waren net even anders van aard dan de kuiltjes in de van gezondheid blakende wangen.
Hij verkeert in blakende welstand.
Op dat moment kwam Norman tevoorschijn uit zijn kantoor, blakend, stralend van enthousiasme.
Het meer bleef ongezond, maar de blakende hitte – merkwaardig in het hoge noorden – scheen het droog te willen leggen.

Beschikbare vertalingen